In november 1989 had het bestuur een bijeenkomst met het grootste deel van de voor ons ras bevoegde exterieurkeurmeesters. Het bestuur verzocht de keurmeesters speciale aandacht te besteden aan de ‘achterhanden’ van onze honden, die vaak te steil zijn of zelfs doorknikkende spronggewrichten vertonen. Deze fout is erfelijk en daarom ongewenst. Tevens het het bestuur gevraagd om op ‘type’ te keuren. Het was een plezierig en leerzaam gesprek dat, mits goed voorbereid, zeker voor herhaling vatbaar is.
1989-11: Overleg met keurmeesters
Bron: Boek 'De Drentsche Patrijshond' (A.J. Booij en A.H. van der Snee) , bladzijde 333